Ik word er
niet boos van, maar wel een beetje verdrietig. Twee dagen achtereen stuit ik in
mijn krant, de European Newspaper of the Year, op een fout in de werkwoordspelling.
Na de eerste wilde ik er al een column
aan wijden, maar ik hield me nog in. Nu tintelen mijn vingers en mijn
hersencellen.
Gisteren stond de volgende zin in een
interviewtje met Henry Keizer, de bestuursvoorzitter van de Facultatieve Groep:
“Wij hebben computerprogramma’s ontwikkelt die deze taak overnemen.” Met ‘deze
taak’ doelt hij op de zuurstoftoevoer bij crematieovens. Op dat terrein is
Keizers bedrijf immers wereldmarktleider.
Zelf heeft hij van deze fout geen weet. Dat
concludeer ik uit de zelfvoldane blik waarmee hij mij op de begeleidende foto
aankijkt. In heel zijn omvangrijke zelf straalt hij uit dat hij plezier heeft
in zijn werk. Over zijn eigen tijdelijkheid maakt hij zich geen zorgen. De computerprogramma’s
van zijn crematieovens “reageren op wat daarbinnen gebeurt”, staat er (met een
t!), ook op “de grootte van het lichaam”.
Bij de tweede fout heeft de grootte van een
beeld mogelijk een rol gespeeld. Hij staat in een column (!) van taalvirtuoos
(?) Nico Dijkshoorn. Het gaat over het beeld ‘Flinx’, een soort roze koe, van
de Amerikaanse beeldhouwer Mark Gonzales, dat permanent voor de deur van Museum
Het Domein in Sittard staat. “Het prachtige van dit beeld is, dat het zich
verontschuldigd”, schrijft Dijkshoorn. “Ik ben per ongeluk te groot en heel erg
roze,” laat hij het beest denken. Foei Nico!
(14-12-2013)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten